-
1 deflate
v. leeglopen van-; inkrimpen van geldhoeveelheid; minder belangrijk maken[ die:fleet] 〈zelfstandig naamwoord: deflation〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
2 deflationary
adj. deflatoir (inkrimpen van geldhoeveelheid; waardevermeerdering van geld; prijsvermindering)[ die:fleesjnrie] 〈 economie〉♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский